Happy 4 Kids heeft alle leidster in 2012 laten certificeren voor vroege voorschoolse educatie in Dordrecht. Happy 4 kids is een vroege voorschoolse educatie kinderdagverblijf in Dordrecht centrum.
Kinderen die in aanmerking komen voor VVE worden ‘doelgroepkinderen’ genoemd. In de voorschoolse periode is de gemeente verantwoordelijk voor het bepalen welke kinderen in aanmerking komen voor VVE. Gemeenten en schoolbesturen krijgen geld van het Rijk om de benodigde vve-voorzieningen te bekostigen op basis van het aantal ‘gewichtenkinderen’ in een gemeente, maar hebben zelf de ruimte om criteria op te stellen voor de definitie van doelgroepkinderen. In artikel 167 van de Wet op het Primair Onderwijs (WPO) staat beschreven dat de burgemeester en wethouders van een gemeente minimaal jaarlijks overleggen met de bevoegde gezagsorganen van de scholen en de kinderopvang. De bedoeling van dit overleg is onder andere het bestrijden van onderwijsachterstanden en het evenwichtig verdelen van leerlingen met onderwijsachterstanden over scholen. Daarnaast is het overleg gericht op het maken van afspraken over welke kinderen met een risico op een achterstand in de Nederlandse taal in aanmerking komen voor voorschoolse educatie.
Een van de belangrijkste criteria die de gemeenten gebruiken om vast te stellen of een kind tot de VVE-doelgroep behoort, is de zogenaamde gewichtenregeling die in het onderwijs wordt gebruikt. Op basis van de opleidingsachtergrond van de ouders krijgen sommige leerlingen namelijk extra ‘gewicht’ toegekend. Dat extra gewicht wordt vervolgens in de basisschoolperiode vertaald in extra geld om de onderwijsachterstanden weg te werken. Soms wordt dit criterium nog aangevuld met gegevens uit andere bronnen die informatie geven over mogelijke risico’s op achterstanden. Zo heeft het RIVM in samenwerking met het Centrum Jeugdgezondheid een instrument ontwikkeld waarmee op grond van een omgevingsanalyse risico’s op taal- en ontwikkelingsachterstanden kunnen worden aangegeven. Ook wordt als aanvullende informatie wel gebruikgemaakt van het zogenaamde Van Wiechenschema, een hulpmiddel dat op consultatiebureaus gebruikt wordt om de ontwikkeling van baby’s en peuters in kaart te brengen. In sommige gemeenten worden kinderen dus al op heel jonge leeftijd, meestal door consultatiebureaus geïndiceerd. In andere gemeenten gebeurt dit op latere leeftijd, bijvoorbeeld tijdens een wenperiode op een voorschool. In deze periode laten de leidsters de peuters eerst wennen en bepalen pas daarna op diagnostische gronden of een kind een doelgroepkind is of niet. Bij deze aanpak is de diagnose veel meer gericht op het feitelijk functioneren van het kind en op deze manier krijgen alleen de peuters die in de praktijk daadwerkelijk VVE nodig hebben een diagnose als ‘doelgroepkind’.
Ik wil meer weten over :